Masaji san is al weer vroeg aan het internetten. Als ik rond een uur of vier wakker wordt vertelt hij mij dat het in Amsterdam nog 25 maart is. Ik laat hem nog een tijdje internetten en rond een uur of zeven zitten we alle vier weer aan het ontbijt. Direct daarna gaan we door naar het station, terug naar de stopplaats van gisteren. Er zijn aardig wat medewandelaars aanwezig en ik heb niet de behoefte om ze te tellen. Bij het museum is de verzamelplaats en een klas schooljeugd doet ons uitgeleide. Zonder enig ophef beginnen we aan onze wandeling. Er zijn verschillende mensen die de routebeschrijving in de hand hebben en zo nu en dan is er een discussie wie er nu gelijk heeft. Niets bijzonders dus. Dat geeft mij mooi de gelegenheid om wat algemene dingen te vermelden. Zo blijkt het Jacques gelukt te zijn om een aantal foto’s op zijn eigen website te plaatsen. Via de www.backpacker.phpbb6.de zouden die foto’s onder een of andere knop te vinden zijn. Bovendien heeft hij een extra service dat als je jezelf aanmeld dan krijg je een bericht als er nieuwe foto’s geplaatst zijn. Mocht het niet lukken laat het ons dan weten. Dan over foto’s gesproken. Toen wij in Nagasaki aankwamen zag ik dat Masaji san zijn baard had laten staan omdat dit voor hem de Siebold bedevaart is. Ik heb hem toegezegd ook de baard te laten staan dus zie ik er tegenwoordig anders uit dan jullie mij kennen. Na het beëindigen van deze hofreis gaat hij er weer af. Ik blijf dan nog twee weken hier om wat bij te kleuren. Zo we zijn inmiddels al weer een tijdje op stap en hebben weer ergens in een oud gebouw groene thee aangeboden gekregen. We wandelen weer verder en komen plots in een karakteristiek straatje terecht met aan weerskanten pijnbomen. Dit is kenmerkend voor de vroegere hoofdwegen. Op een gegeven ogenblik staat er weer een groep mensen ons op te wachten. We worden begroet en ik wordt gefeliciteerd. Dan moeten we een prieeltje in en worden we omgekleed in een heuse Samoerai oorlogsuitrusting. Onze kleding en spullen worden in een grote doos gestopt en in een volgauto geplaatst. We vervolgen onze weg op sandalen van stro en in een piepend en krakend harnas. Het is niet een echt feest om in deze uitrusting te wandelen maar het is wel heel bijzonder en leuk voor de plaatjes. Na ongeveer een kilometer mogen we onze uitrusting weer omruilen voor onze eigen spullen terwijl de rest van de wandelaars op een nabijgelegen grasveld aan hun picknick beginnen. Als ook wij weer in onze normale kleding zitten voegen we ons bij hen. Er zijn keurige obento’s (lunchpakketten met rijst sushi enz.) voor ons aangedragen en we laten het ons goed smaken. Dat is althans de bedoeling maar ook wordt er van ons verwacht dat we zowel de schrijvende als de visuele pers te woord staan. Hierdoor is voor ons de lunchpauze eigenlijk iets te kort. We gaan weer aan de wandel. We gaan nu steeds meer tussen de gebouwen omdat we nu in de voorsteden van Kokura wandelen. Voor de zoveelste keer gaan we weer door een arcade en worden we weer opgewacht door een menigte. Masaji san wil dan altijd hebben dat wij voorop lopen en als we dichter naderen wordt er luid “Happy birthday to you” gezongen. We moeten het lied nog een keer aanhoren en daarbij krijg ik nog een verjaardagscake en een happy aangeboden. We kijken eens op ons horloge en maken van de eerste de beste gelegenheid gebruik om weer op pad te gaan. Het zou wel weer eens een lange dag kunnen worden. Een van de wandelaars die de afgelopen vier dagen met ons meegelopen heeft wil deze avond nog een etentje aanbieden als verjaardagscadeau. Ook hij moet zich even orienteren en ontdekt dan dat we vlak bij ons hotel zijn. We krijgen van hem een half uur om ons te douchen. Op de afgesproken tijd staan we weer in de lobby. Gelukkig is het maar vijf minuten wandelen. Er is een tafel gereserveerd, zo’n lage waar je de voeten in het gat onder de tafel moet steken. Onze gastheer had kennelijk laten weten dat het om een verjaardagspartijtje gaat want er wordt een fles champagne (lambrusco) opengetrokken en er wordt ons weer een verjaardagstaart aangeboden. Zes brandende kaarsjes er op en de lichten in het restaurant worden gedoofd totdat ik de kaarsjes uitgeblazen heb. Kortweg een hele gezellige en onvergetelijke verjaardag. Om half tien in de avond zijn we weer terug in het hotel en breiden we ons voor op de volgende dag.
Masaji san zit om drie uur in de nacht al weer achter de computer. Zelf sta ik om vijf uur op en begin met het vullen van de wasmachine zodat de was nog op tijd droog is voor we vertrekken. Om tien voor zeven moeten we naar het station om een aantal wandelaars te begroeten die juist zijn gestart voor een wandeltocht van honderd kilometer in drie dagen. Ik ben verbaasd hier zoveel bekende gezichten te zien. Het is onbegrijpelijk dat we in de afgelopen wandeldagen zoveel mensen hebben leren kennen. Het hele gebeuren duurt maar tien minuten, dus snellen we naar het hotel om aan ons ontbijt te beginnen. De was is droog dus inpakken maar. Om kwart over acht moeten we in de trein zitten. Onder mijn Nederlandse medewandelaars heerst enige paniek. Het gebeurt allemaal te snel en dat valt hen niet mee op de vroege morgen. Als we eenmaal in de trein zitten worden ze langzaam weer wat rustiger. De hele treinreis duurt ongeveer twee uren waarbij we ongeveer op tweederde van de afstand acht minuten de tijd hebben om over te stappen. Op de eindbestemming aangekomen staat alweer een wandelaar op ons te wachten. Hij laad al onze bagage in zijn wagen en wijzelf stappen in een busje en we worden naar een tempel gebracht. Het blijkt, althans zo hebben wij het begrepen, de eerste Budistische tempel van Japan. Daarna nog even een Christelijke kerk bezoeken en dan door naar de Monjusenji tempel waar we de nacht door zullen brengen. De tempel staat tegen een berg en we moeten via een lange trap naar boven. De tempel is voorzien van verschillende slaapplaatsen. Vreemd genoeg zijn we verder nog niemand tegengekomen. We vragen ons dan ook af waar en hoe we moeten gaan eten. Maar aan alles is gedacht. Er blijkt toch een priester met zijn vrouw, zoon schoondochter en twee kleinkinderen rond te lopen. Op het programma stond al lange tijd een Kanreki party. Al voor het diner kreeg ik van Masaji en zijn vriend een doos aangeboden met een rode baretachtige muts, jasje en onderbroek. Zoals gezegd alles in het rood. Dit moest ik aantrekken (over mijn kleding heen) en zo ben ik dan de jarige job. Dus weer een verjaardagstaart en weer zes kaarsjes uitblazen. We eten en drinken heerlijk en tegen een uur of tien krijgen we summier van Masaji san het programma van morgen te horen.
Inmiddels 28 maart. Het 6 uur in de morgen als ik rustig op sta en van het sanitair gebruik maak. Als ik daarvan terugkom is iedereen wakker en zit Masaji san al weer achter de computer. Vandaag moeten we weer verhuizen dus alles weer inpakken en de bagage weer in de auto laden. Dan gaan we rond de tempel wat wandelen. Dat blijkt een heuse klim langs touwen te zijn. Zowel Jacques als ik zijn daar niet blij mee maar we laten ons niet kennen. Alleen het laatste stukje naar het uitzichtpunt zonder hekwerk, hebben we niet gedaan. Tegen tienen vertrekken we voor de tien kilometer van vandaag. Het heeft eigenlijk met de route niets te maken maar goed. Op deze manier blijven we wel in vorm. Het blijken bijna twaalf kilometer te zijn bergje op en bergje af. Onderweg nemen we er de tijd voor om zoveel mogelijk stenen en planten te zien. We komen bij de ingang van weer een kennelijk bekende tempel, maar voor we die bereiken moeten we een busje in en worden we weggebracht naar ons onderkomen voor de nacht in Baien no sato. Hier krijgen we elk een eigen kamer toegewezen. We zijn benieuwd wat dit allemaal gaat kosten. We plaatsen onze bagage in de kamers en gaan dan aan tafel voor de lunch die weer voortreffelijk is. Tijdens de lunch probeer ik Masaji San duidelijk te maken dat we behoefte hebben aan wat rust,tijd om te wassen en te internetten. Hij knikt maar enkele ogenblikken later vertelt hij dat we het busje in moeten om naar een tempel te gaan. Het barst hier van die dingen dus dit is wéér een andere. Hier krijgen we van de monnik een heel erg Japans verhaal te horen waar zelfs Masaji San nauwelijks iets van snapt. Het duurt alles bijeen nog geen uur en we worden weer keurig teruggebracht naar het hotel. Daar zit ik nu deze tekst in te tikken en nu nog maar afwachten of ik ook online kan komen.
Er is mij van verschillende kanten gevraagd hoe het met de Wheelie gaat. Wel daar gaat het goed mee omdat die meestal samen met de andere bagage in de auto vervoerd wordt. Dat is maar goed ook want we hebben verschillende paden gehad en vooral ook trappen bij al die tempels , die echt niet leuk zijn voor de Wheelie. Als we met onze eigen bagage moeten gaan lopen dan zal ik toch paden moeten aanhouden die minstens een halve meter breed zijn. Overigens vind ik de rugzak van de Wheelie niet opkunnen tegen een normale trekkersrugzak die voorzien is van verschillende vakken.
Het lukt niet om met mijn laptopje online te komen dus ga ik maar gewoon verder met het vervolg van het verhaal.
Vandaag 29 maart ben ik gewoontegetrouw vroeg wakker. Omdat we de gisterenavond een plunjezak met allerlei overbodige zaken als ontvangen geschenken hebben ingeleverd, bedenk ik dat ik daarvoor nog wel wat meer zaken heb. Om die reden ga ik vroeg uit de veren en verzamel wat kleding die ik niet nodig denk te hebben en ga daarmee naar de receptie om dit alsnog in de plunjezak te doen. Daar staat onze gastheer van de afgelopen dagen al druk te gebaren dan onze bagage in zijn auto moet. Ik ga weer naar boven en pak mijn bagage bijeen en breng de Wheelie naar beneden. Die verdwijnt al snel in de auto en ik ga naar boven om Hans en Jack wakker te maken dat zij hun bagage moeten inleveren. Dat heeft wel wat voeten in aarde want ’s morgens vroeg op gang komen in niet hun sterkste kant. Masaji san heeft als zijn spullen inmiddels ook al in de wagen. Als ook Hans zijn spullen heeft ingeleverd rijd de man met onze bagage weg. Wij wachten tot we kunnen ontbijten en daarna komt er een busje voorrijden die ons naar een klein dorpje brengt waar we weer eens opgevangen worden door de burgemeester en uiteraard de pers. Toespraak, interview en groepsfoto. Dan wordt nog terloops even gemeld dat in het jaar 2000 ook nog de Nederlandse kroonprins hier geweest is. Dan wordt er een bootje opgeroepen die ons naar het eilandje Kuroshima brengt. Dit is het eiland waar in het jaar 1600 het Nederlandse schip “De Liefde” is gestrand en waar de bemanning in eerste instantie gevangen werd genomen. William Adams, de Engelse navigator van “De Liefde” wist echter bij het lokale gezag in een goed blaadje te komen met gevolg dat de bemanning steeds “vriendelijker” werd behandeld.
We krijgen op dit eilandje een rondleiding en bij een monument leggen wij een boeket bloemen bij het monument. Na deze ceremonie stappen we weer op het bootje en na tien minuten varen staan we weer aan wal. Dit tot grote opluchting van Jacques. We stappen weer in het busje en worden naar een plaatsje gebracht waar we na de lunch een aantal stenen boeda beelden hebben bezocht. Eerlijk gezegd heb ik voorlopig wel genoeg van al die religieuze zaken maar goed het hoort er nu eenmaal bij. Het is de bedoeling dat we nu naar een klein parkje gaan waar veel bomen in de bloesem staan om daar aan een “hanami” mee te doen. Helaas is er geen enkele parkeerplaats vrij en men brengt ons daarom maar naar de ferry van Usuki. Tengevolge van deze programma wijziging blijkt dat we één ferry eerder kunnen nemen voor de oversteek naar het grote eiland Shikoku. De bootreis gaat rustig en vlot en in een paar uren zijn we op het eiland aangekomen. Dan is het met onze bagage even twee kilometer wandelen naar het station. We komen ruim op tijd aan en als we uiteindelijk in de trein zitten blijkt het een stoptrein te zijn van bijna anderhalf uur. Er is geen toilet in de trein en daar hadden wij niet op gerekend. Ook Masaji san heeft grote nood en vraagt aan de conducteur of er echt geen toilet is. De man zegt toe om een seintje te geven als we op een station stilstaan waar een toilet op het perron is. Als het zover is stuiven we gedrieën op het toilet af maar er is slechts plaats voor één persoon. Als ik als laatste terug bij de trein kom staat de conducteur lachend te wachten en geeft de bestuurder fluitend toestemming weer te vertrekken. Dat geeft ondanks enig schuldgevoel een grote opluchting. Als enkele stations later op een tegenliggende trein moeten wachten verdwijnt dit schuldgevoel ook weer. Met een bijna lege blaas en volledige bepakking komen we in de stad Matsuyama aan. Hier gaan we eerst iets eetbaars zoeken en dan nemen we de tram naar de oudste Spa van Japan. Vanaf deze halte is het nog twee kilometer lopen (en klimmen) naar onze herberg. Het is deze keer een echte jeugdherberg en er is internet. Maar geen draadloos zodat ik voorlopig maar door zal gaan met het verslag op mijn harde schijf op te slaan. Het was een lange reisdag dus we liggen er op tijd in. Dat wil zeggen. We slapen met zijn vieren in een kamer met een tatami vloer (dikke rieten vloerbedekking) met daarop een matrasje en een veel te warm dekbed.
Om vijf uur in de morgen duikt Masaji san weer achter zijn computer. Die man kan niet langer dan vijf uur achtereen slapen. Om zes uur loopt zijn wekker af en sta ik op. Rustig aan want om zeven uur kunnen we pas ontbijten. Het ontbijt is compleet maar de zalm is deze keer wel heel erg zout. Na het ontbijt gaan we onder leiding van Masaji een wandeling maken naar de Ishiteji tempel. Dus daar gaan we weer. Maar ik moet toegeven dat deze tempel meer bezienswaardigheden heeft dan de gemiddelde in Japan. Masaji san weet achter een steen een grot te vinden die uitloopt tot een lange tunnel tot aan de andere kant van de berg. In die tunnel moet ik natuurlijk weer mijn hoofd stoten. Voor lange mensen geld in heel Japan: Wees nederig en buk. Aan de andere zijde aangekomen zien we weer verschillende religieuze beelden. We moeten weer terug door de tunnel en we zien verschillende pelgrims die de 88 tempels route volgen. Een route van ongeveer 1150 kilometer langs, hoe kan het anders, langs 88 tempels. Dus niets voor mij. De afstand trekt me wel maar de onderwerpen niet. We gaan naar de bushalte van de “Dogo Onsen” (kom ik later nog op terug) en daar worden we opgevangen door een voorzitter van een of andere wandelbond. Tot mijn grote verbazing tref ik daar ook een klein Japans echtpaar uit Hiroshima aan: Midori en Kazuhiko die we kennen uit het IML wandelcircuit. Wat kan de wereld toch heerlijk klein zijn. Het is nu de bedoeling dat we een rondleiding krijgen door de stad maar de pers schijnt ook hier voorrang te hebben waardoor het schema enigszins uit de hand loopt. Dit tijdverlies wordt weer goedgemaakt doordat een museum dat bezocht zou worden, op maandag gesloten is. We doen allerlei plaatsen aan dit iets te maken hebben met Botchan. Een hoofdpersoon uit een Japans literatuurstukje. Gelukkig hebben we dit verhaal thuis al gelezen en bovendien hebben we een dame mee die behoorlijk goed Engels (Amerikaans) spreekt. We krijgen de indruk dat alles hier in Matsuyama in het teken van Botchan staat. Aan het einde van de rondleiding nemen we afscheid van onze begeleiders en gaan we naar de jeugdherberg. We besluiten om nog een uurtje wat in de herberg te blijven en dan gaan we naar de “Dogo Onsen”. Dit is het oudste Spa bad van Japan. Nu is een echt Japans bad iets heel anders dan we in Nederland gewend zijn maar wij hebben daar ondertussen toch wel enige ervaring in opgedaan. Het bad zelf is eigenlijk helemaal niet zo bijzonder, ware het niet dat overal plaatjes hangen wat het favoriete bad van Botchan was, welke kleedkamer bij hem favoriet was en ga zo maar door. En dat allemaal voor een hoofdpersoon uit een fictief verhaal!!!! Maar goed , ook dit hebben we weer meegemaakt. We doen wat inkopen omdat we geen diner in de herberg besteld hadden en gaan naar de herberg om zelf ons eten te maken en de avond door te brengen met het maken van het verslag of het antwoorden van e-mail.
31 maart om zes uur gaat de wekker van Masaji san af. Dit keer ligt hij zelf nog in bed omdat zijn computer al ingepakt is. We staan op, pakken onze spullen in en maken ons ontbijt gereed, voor mij dit keer een big cup of noodles. Om tien voor zeven stappen we bepakt en bezakt de jeugdherberg uit om naar de tram en daarmee naar het station te gaan. We zijn erg vroeg maar Masaji san is wat nerveus. We kunnen ons dat wel voorstellen omdat we vandaag zijn broer, zuster en zwager gaan ontmoeten. We kopen een kaartje en omdat we met vier personen zijn, krijgen we een fikse korting. Dat is weer mooi meegenomen. Dit keer hebben we een expresstrein en die gaat met een behoorlijke snelheid en maakt weinig stops. Rond tien uur komen we aan op het station van Tadotsu. De familie van Masaji san staat met spandoek en nog een flink aantal wandelaars aan de uitgang van het station. We kopen eerst iets voor ons ontbijt en dan gaan we met zijn allen aan de wandel. Eerst langs de burgemeester die met een groot deel van zijn personeel ons voor het gemeentehuis staat op te wachten. Een korte toespraak van zijn kant die niet vertaald wordt dus blijft het bij deze korte ontmoeting. Dan gaan we door naar een soort museum waar ons koekjes en groene thee op traditioneel ceremoniële wijze wordt aangeboden. Terwijl Masaji san door een verslaggever wordt geïnterviewd worden wij door een gedeelte van het museum geleid. Na het interview gaan we aan de wandel. We zijn met ongeveer twintig wandelaars. Het is vandaag weer een tempelroute. Bij een van de tempels houden wij in de grote tuin een picknick. Heel gezellig en bovendien hebben we een prachtig uitzicht over de stad en de haven. Onze medewandelaars zijn al redelijk op leeftijd en de enige jonge mensen die bij ons zijn dat zijn de verslaggevers van de krant en televisie. We doen tijdens deze wandeling nog twee tempels aan en de temperatuur begint ook wat aangenamer te worden. Ja de temperaturen zijn duidelijk lager dan we gepland hebben. Op zich niet zo erg maar daardoor hebben wij de neiging om wat sneller te wandelen en dat kunnen die kortbenig Japanse wandelaars moeilijk bijbenen. We moeten dus steeds wat inhouden en ik ga uit gewoonte maar weer steeds tellen of we iedereen nog wel mee hebben.
Bij de laatste tempel, de Zentzuji tempel, hebben we de finish van vandaag bereikt en gaan we op zoek naar de ingang van het hotel. Dit hotel behoort bij de tempel maar is behoorlijk modern van opzet. Enige drempel is wel dat we de volgende ochtend om zes uur worden verwacht voor de ochtendceremonie. Wat dat is, dat moeten we zelf nog afwachten dus daar zal ik morgen over verhalen.
We zijn dus op tijd wakker als we naar de tempel gaan. Wat een tijd: ’s morgens om zes uur!! Als we daar aankomen is de dienst net begonnen. Er zijn ongeveer 40 pelgrims aanwezig. Zij zijn herkenbaar aan een soort witte kiel over hun kleding. In de dienst wordt uitsluitend Japans ten gehore gebracht en worden verschillende Mantra’s gebeden. Wij zitten er bij en kijken er naar. Het enige voordeel is dat we nu achter de hekken van de tempel zitten, dus eigenlijk met onze neus voorop. Het nadeel is dat de dienst bijna 55 minuten duurt en we direct door kunnen naar het ontbijt. Na dit ontbijt spoeden we ons naar de kamer om onze spullen in orde te maken. Gisteren toen we de bagage uit de supporterswagen haalden bleek ik een probleem met de Wheelie te hebben. Een van de wielen liet zich niet meer plaatsen. Met veel manipuleren is het uiteindelijk toch gelukt maar ik wil nu zoveel mogelijk voorkomen dat de wielen moeten worden verwijderd. Ik zeg dus tegen Masaji San dat ik vandaag de Wheelie gewoon meeneem. Daar heeft hij grote bedenkingen tegen en ik laat mij overhalen om de Wheelie nu met gemonteerde wielen in de supporterswagen te plaatsen. We gaan van start en wandelen ongeveer twee kilometer naar het station. Daar voegen zich nog wat wandelaars bij ons en nemen we de trein naar Kotohira. Hier gaan met ongeveer 14 wandelaars van start. Het is een mooie plaats met wat gebouwen uit de zeventiende eeuw en een mooie brug. Dan brengen onze gidsen ons naar een straat met allemaal onregelmatige stenen trappen. We zijn weer op weg naar een tempel. We beginnen er al aan te wennen dat de meeste kastelen en tempels op een respectabele hoogte liggen. We laten ons niet kennen en komen heelhuids boven. Er blijken meerdere tempels te staan maar bij de eerste zou een festival worden gehouden, jaarlijks op 1 april om 10.00 uur. We zijn op tijd, maar er gebeurt niets. Onze begeleiders kijken wat beteuterd. Wij niet, wij hebben met de datum in gedachten een schaapachtige glimlach over ons. Men besluit om maar naar de volgende tempel te gaan: De tempel van de zeelieden. Inderdaad een tempel met allemaal foto’s van zowel koopvaardij als Japanse marine waarvan de bemanningen (en ook thuisfront) hier een behouden vaart hebben afgesmeekt. Na dit bezoek gaan we toch maar weer naar beneden, naar de tempel waar het festival had moeten worden gehouden. Onderweg worden we ingehaald door een hele sliert priesters of monniken of iets dergelijks. De rij werd gesloten door vijf vrouwen in tempelachtige kleding. We houden ze scherp in het oog en het blijkt dat ze naar dezelfde tempel gaan als wij. Het festival blijkt om 10.30 uur te beginnen. Nu lachen onze begeleiders en ze staan met hun neus voorop. Na twintig minuten heb ik het allemaal wel gezien en gehoord. Wat kunnen die monniken een monotoon geluid voortbrengen. En daar wordt dan nog op gedanst ook. Wij Nederlanders doen ons best om ons zo discreet mogelijk terug te trekken. En dat lukt. Als we ergens op een bankje zitten te wachten blijken ook onze begeleiders zich dit festival wat anders te hebben voorgesteld dus we gaan weer aan de wandel: Een gedeelte van de trappen af totdat we bij een aantal in bloei staande bomen komen. Daar in een prieeltje gaan we ons lunchpakket gebruiken. Het begint te regenen maar daar hebben we op dit moment weinig last van. Na de lunch worden we bij een museum opgewacht door een Shinto priester die ons een persoonlijke rondleiding geeft. Hoe de mensen dit allemaal georganiseerd hebben is ons elke dag weer een raadsel. Na deze rondleiding begeven we ons verder de trappen af en zoeken het station op. Hier nemen we de trein naar Tadotsu. Hier wandelen we nog een stukje en dan komen we aan bij het huis van de zuster en zwager van Masaji San. Hier worden we verzocht om snel even een douche te nemen. Wij vinden dit vreemd maar hebben afgeleerd om steeds maar vragen te stellen. Na het douchen wordt er aardig wat drank geschonken en komt er heel wat etenswaren op tafel te staan. Er komen ook nog wat andere gasten en het is een aangename party. Als het ongeveer acht uur is gaan we met onze bagage met een van de vrouwelijke gasten mee. Het blijkt dat wij deze nacht in haar huis overnachten. Ik moet toegeven dat ik nog nooit in zoveel Japanse privé huizen ben geweest als tijdens deze reis. We krijgen twee tatami kamers toegewezen en er is een toilet op de gang. Maar geen badkamer. Dus nu snappen we ook waarom we ons eerst moesten douchen. We drinken nog even met de gastvrouw, een tachtig jarige weduwe, een kopje groene thee en dan gaan we naar bed.
’s Morgens op 2 april moeten we weer om zeven uur bij de familie van Masaji San zijn. We zijn nauwelijks binnen of we mogen om de beurt aan de wasbak ons even wassen. Daarna serveert de zus van Masaji San een zoveel mogelijk westers ontbijt met toast en een grote pot koffie, heerlijk gewoon. Onze bagage wordt weer in de supporterswagen geladen en we wandelen door verschillende oude straatjes en we hebben de indruk dat we een soort pelgrimsroute volgen. Ook zien we in de verte het Marugame kasteel. We slingeren door de straatjes en plots staan we in een park dat behoort tot het kasteel. Voor we het weten staan we weer buiten de grachtengordel en dan blijkt dat we Hans kwijt zijn. We gaan een stuk terug naar een plaats waar verschillende paden uitkomen en enkelen van ons gaan een zoekslag maken. Na ongeveer twintig minuten hoor ik dwars door de discussiërende deelnemers door “lolie” roepen. Ik kijk omhoog en zie Hans bij het kasteel staan. Ik roep hem naar beneden te komen en nu gaan we de andere zoekende leden proberen op te trommelen. Dat kost wat tijd maar als we dan eindelijk weer kompleet zijn wordt besloten om toch met zijn allen naar het kasteel te gaan. Dit stond overigens ook op het programma van Masaji San maar niet op dat van onze gids. Als we rond het kasteel wat gekeken hebben gaan we weer bergafwaarts en na een tijdje belanden we weer bij een tempel die, je raad het al, op een helling ligt. Na de tempel gaan we weer de helling af en naast die trappen staat een Udon restaurantje. Het is een klein eenmansbedrijfje en we bestellen daar een bakje Udon (een soort hele dikke noodle) en ik voeg daar nog wat tempura aan toe ( tempura is vis of groenten in een deegje gefrituurd en dit recept is eigenlijk van Portugese afkomst maar dat weten de meeste Japanners niet) Het is spotgoedkoop en goed. We zijn gelukkig net op tijd want na ons staat een rij waar menig restaurant jaloers op zou zijn. Na de maaltijd gaan we weer op pad, natuurlijk met een volle maag weer bergje op en bergje af. We gaan naar een station om een stukje van de route in te korten om het tijdsverlies weer goed te maken. We rijden een stukje met de trein; een paar stationnetjes maar en dan gaan we weer aan de wandel. En weer komen we uit bij een tempel. De meeste tempels die we aan doen behoren tot de 88 tempels van de eerder genoemde route. Wat ons opvalt is dat er hele groepen pelgrims met hun witte kiel worden aangevoerd per bus. Maar er moet ook gezegd worden dat we ook pelgrims echt zien wandelen van tempel naar tempel. Ook heb ik een stel gezien dat bij de toegangspoort van de tempel naarstig in hun rugzak naar hun witte kiel aan het zoeken waren. Van deze tempel is het nog maar een tweehonderd meter naar het station van Kokobu. Hier staan ook onze begeleiders per auto te wachten. We kopen een treinkaartje en terwijl we op de trein wachten horen we dat een van de twee auto’s (niet de bagagewagen) niet meer in zijn versnelling wil komen.
Helaas moeten we afscheid nemen en vertrekken we per trein naar Takematsu waar we na aankomst ons hotel opzoeken. Een hotel met internet. Maar onze bagage is er nog niet. Masaji San belt op en zijn zwager staat bij een hotel met dezelfde naam maar op een ander adres. Na deze spraakverwarring hoeven we niet te lang meer op onze bagage te wachten en kunnen we onze kamers innemen. Nu moet ik alleen nog wachten totdat ik de internetlijn te pakken kan krijgen want dat is het eerste waar Masaji San beslag op legt.
Groeten van ons allen en succes met het zoeken naar onze foto’s
donderdag 2 april 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Hoi Hofreizigers, jullie hebben er wel de spanning ingehouden door dagenlang niet "in the air" geweest te zijn !
BeantwoordenVerwijderenIvm jullie foto's : ik geraak wel op de opgegeven website www.backpacker.phpbb6.de en dan op de blog van An Jisan. Voor de eigenlijke foto's wordt dan doorverwezen naar ALBUM, doch hoe goed ik ook zoek dit ALBUM vind ik nergens op de blog ! Please advice !
Verder nog een succesvolle wandeling gewenst zonder teveel tempels !
Groetjes uit België
Chris De Waele